Moederschapsverlof: geboorteverlof en bevallingsrust
Zwanger? Je hebt recht op 15 weken moederschapsverlof.
Zwanger? Je hebt recht op 15 weken moederschapsverlof.
De moederschapsrust duurt in totaal 15 weken. Ben je zwanger van een twee- of meerling, dan kan je tot 17 of 19 weken opnemen. De moederschapsrust valt uiteen in 2 delen:
Je mag het werk onderbreken vanaf 6 weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum. Je mag ook blijven werken. Dan kun je de weken voor de (werkelijke) bevallingsdatum overdragen naar de periode na de geboorte. Bij een twee- of meerling mag je het werk 8 weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum stoppen
De rust die in principe begint op de dag van de bevalling.
Periodes van ziekte, tijdelijke werkloosheid en werkverwijdering net voor de bevalling verminderen de nabevallingsrust niet.
Beval je later dan voorzien of meer dan 6 weken na je werkonderbreking, dan verlies je de 9 weken bevallingsrust niet. Je bevallingsverlof wordt in dat geval verlengd.
Na de bevalling kan je 2 weken van je bevallingsverlof opnemen als losse verlofdagen om zo het werk geleidelijk aan of deeltijds te hervatten.
Je moet je werkgever een medisch attest bezorgen, met daarin vermeld: de vermoedelijke bevallingsdatum en de datum waarop je je verlof wil nemen. Verwittig ook op tijd je ziekenfonds of ten laatste bij het begin van de 6 weken die aan de bevalling voorafgaan.
Tijdens je moederschapsverlof word je vergoed door het ziekenfonds. Na de bevalling bezorg je een geboorteattest aan je ziekenfonds. Binnen de 8 dagen na het einde van je zwangerschapsverlof, leg je tenslotte een bewijs van werkhervatting aan je mutualiteit voor.
Neem je moederschapsrust dan ben je beschermd tegen ontslag. Je bent niet alleen beschermd tijdens de periode dat je moederschapsrust opneemt, maar ook:
Word je toch ontslagen, dan kan je werkgever veroordeeld worden tot een beschermingsvergoeding. Je krijgt dan:
Naast zwangerschapsverlof kan je nog op andere vormen van werkonderbreking recht hebben. Je kan het nagaan in onze rubrieken: