Je rechten
bab449ae-2477-46b3-8fca-27c4c5741bd6
https://www.hetacv.be/je-rechten
true
Actualiteit
59ea6a04-d5cb-49bb-86bf-262457cb04b8
https://www.hetacv.be/actualiteit
true
Diensten
c7cddb17-187f-45c2-a0e2-74c299b8792b
https://www.hetacv.be/dienstverlening
true
Lid worden
abbb02d8-43dd-44b5-ae75-3cd90f78f043
https://www.hetacv.be/lid-worden
true
Het ACV
c62ac78b-1aa2-4cb9-a33b-59e6fc085fb4
https://www.hetacv.be/het-acv
true
Word nu lid

Kaderdag: Simon Taes

Simon Taes is doctoraatsonderzoeker bij het Instituut voor Arbeidsrecht van de KU Leuven. In zijn onderzoek over robotisering en arbeidsrecht gaat hij na hoe het werken met slimme of autonome robots zich verhoudt tot het welzijn van werknemers, hun recht op privacy en de aansprakelijkheid binnen de arbeidsrelatie.

Voor de kaderdag van COC nam Simon Taes de visienota Digisprong kritisch onder de loep en verbindt die met een aantal discussies die vandaag gevoerd worden over digitalisering binnen het arbeidsrecht, met name over de veiligheid en gezondheid op de werkvloer, de privacy en gegevensbescherming en tot slot ook de aansprakelijkheid van werknemers.

Simon Taes: “Ik ben een arbeidsrechtjurist, dus ik wil geen hoge verwachtingen scheppen rond mijn kennis over het onderwijsrect. Mijn expertise ligt namelijk niet bij het onderwijs of de specifieke rechten binnen die sector. Ik ben wel bezig met de rechten en plichten binnen een werkgever-werknemersrelatie. In die zin interesseert ook de Digisprong mij. Daarom heb ik die visienota bekeken en er een rapport over geschreven. De Digisprong krijgt van mij een onvoldoende op vlak van bescherming van werknemers.”

Digisprong

“Er zijn veel positieve aspecten aan digitalisering en ik geloof dat de Digisprong een goede evolutie is. Ook de aandacht die in de nota besteed wordt aan cybersecurity, cyberveiligheid en de opleiding van werknemers vind ik goede aspecten. Maar een aantal fundamentele zaken ontbreken in de visienota, zoals aandacht voor de mentale gezondheid, privacy en gegevensbescherming van personeelsleden.”

“Ik wil die ontbrekende zaken in perspectief plaatsen met de discussies over digitalisering die vandaag heersen in het arbeidsrecht. Daar wordt namelijk veel aandacht aan besteed. Er zijn heel wat onderzoeken en studies gevoerd naar de risico’s van digitalisering voor werknemers en hun bescherming.”

“Er zijn discussies op drie vlakken: veiligheid en gezondheid op de werkvloer, privacy en gegevensbescherming en de aansprakelijkheid van werknemers. Ik ben daarom van mening dat men meer aandacht zou kunnen besteden aan de bescherming van werknemers en hun waarborgen tegen de toch wel verregaande monitoringstechnieken die bestaan in het kader van digitalisering.”

Technostress

“Ten eerste is er de veiligheid en gezondheid van werknemers. Naar het recht op deconnectie wordt vaak verwezen als een oplossing voor de heersende negatieve impact die technologieën hebben op werknemers en hun welzijn. Daar sta ik vrij kritisch tegenover en ik vraag mij af of dit recht een alomvattende oplossing kan bieden voor die negatieve impact op de mentale gezondheid van werknemers. Verschillende onderzoeken schrijven de negatieve impact van technologieën op het welzijn van werknemers namelijk toe aan de zogenaamde technostress. Technostress bestaat uit vijf aspecten:

  1. Techno-invasie: Het steeds meer gebruikmaken van technologieën in de privécontext en het toenemende gebruik ervan.
  2. Techno-overload: Men krijgt almaar meer informatie door die technologieën. Die informatie moet men verwerken en laten het arbeidsritme stijgen. 
  3. Technowerkonzekerheid: Jobonzekerheid die men ervaart door het arbeidsvervangende aspect van technologieën.
  4. Techno-onzekerheid: De onzekerheid die men voelt doordat de technologieën constant updaten.
  5. Technocomplexiteit: Daardoor krijgt men het gevoel incapabel te zijn om voortdurend met die nieuwe technologieën te werken.” 

“Het recht op deconnectie kan volgens mij vooral helpen bij techno-invasie, omdat je dan niet meer met die technologieën zal werken in je privétijd, wanneer je niet aan het werk bent. De vraag is of het recht op deconnectie ook zal helpen bij die andere aspecten van technostress. Daar moet zeker nog bijkomend onderzoek naar gedaan worden, maar zelf zie ik niet meteen een sluitende oplossing bij het recht op deconnectie. Het kan een eerste stap vormen, maar ook voor de andere aspecten van technostress moeten oplossingen gezocht worden.”

Gegevensverwerking

“Ten tweede is er de privacy en gegevensbescherming. Ik stel mezelf veel vragen bij de privacy van werknemers in het kader van digitalisering. In het arbeidsrecht zien we dat die discussies in de literatuur niet langer gaan over het internetgebruik of camerabewaking op arbeidsplaatsen. Het draait meer rond algoritmes en software die op de werkplek worden geïnstalleerd om de prestaties van werknemers te meten. Daarmee stelt men dan profielen op om te kijken wie bepaalde promoties krijgt, wie aangeworven wordt …”

“In dat kader lijkt het me ook een interessant gegeven om te kijken naar platformen zoals Smartschool of geautomatiseerde lespakketten. De visienota over de Digisprong spreekt over data-onderbouwd onderwijsbeleid. Dat kan volgens mij leiden tot een toename aan verwerkingen van persoonlijke informatie van onder meer onderwijspersoneel. Zo heeft de Gegevensbeschermingsautoriteit een school een boete opgelegd, omdat het via Smartschool een bevraging had georganiseerd om het welzijn van leerlingen na te gaan. Ook moeten we rekening houden met het toenemende gebruik van smartphonecamera's in klaslokalen. Die gegevensverwerkingen kunnen vrij ver gaan en dan moeten we er ook de algemene verordening van de gegevensbescherming (AVG of GDPR) bijhalen. Op welke basis gebeuren de verwerkingen? Welke doelen hebben ze? Stelt men profielen op van leraren en leerlingen? Daar zijn namelijk beperkingen aan verbonden in de AVG. De vraag is hoe ver die reiken en hoe die tools zich daartoe verhouden.”

“De AVG zal vooral algemene principes geven, maar we moeten ons afvragen hoe we die concreet invullen in een onderwijscontext. Op dit moment is dat nog vrij onduidelijk. Misschien wordt daar momenteel werk rond verricht, maar voor zover ik weet, is dat nog vrij onontgonnen terrein. Wat wel van belang is, is dat de AVG bepaalde waarborgen heeft. Zo moeten de verwerkingen op een transparante manier gebeuren. We kunnen ook stellen dat werknemers het recht hebben om geïnformeerd te worden en om inzage te krijgen nadat de gegevensverwerking heeft plaatsgevonden. Een andere waarborg vormt het doelbindingsprincipe. Dat betekent dat als gegevensverwerkingen dienen voor het data-onderbouwd onderwijsbeleid, die gegevens in principe niet mogen worden gebruikt voor de monitoring van de activiteiten van leerkrachten en ander personeel.”

“Toch zijn er waarschijnlijk niet veel werknemers op de hoogte van de mate waarin hun gegevens worden verwerkt. Bewustzijn creëren, waardoor mensen beseffen hoe ver die gegevensverwerking (zeker op die platformen) kan gaan, is een eerste stap die van groot belang is. Het is binnen die tendens dat we ook bewust moeten zijn dat de toenemende monitoring van activiteiten steeds minder autonomie overlaat aan werknemers. Bovendien leidt de mogelijkheid voor continue monitoring tot meer stress op werknemers. Daarom zijn we ook van oordeel dat bijvoorbeeld een paritair orgaan tussen werknemers- en werkgeversorganisaties een gedragscode kan afsluiten. Het zou bijvoorbeeld interessant kunnen zijn om bij COC een gedragscode af te sluiten waarin die gegevensverwerking wordt verduidelijkt. Welke doeleinden zijn eraan verbonden? Op welke gronden gebeuren de verwerkingen? Welke voorwaarden worden eraan gesteld? Zoiets zou ik zeker aanbevelen.”

Opleiden

“Tot slot is er de aansprakelijkheid van werknemers. Ook dat is een belangrijk onderwerp van discussie binnen het arbeidsrecht door het gebruik van nieuwe technologieën. We zien namelijk dat die heel complex beginnen te werken, waardoor werknemers soms niet helemaal op de hoogte zijn van de gevolgen van bepaalde technologieën. Ze zijn zich er niet altijd van bewust dat de verwerking van bepaalde gegevens of mededelingen op bepaalde platformen tegen hen gebruikt kunnen worden om bijvoorbeeld een fout aan te tonen. Het is toch van belang om je werknemers heel goed op te leiden. Dat zag ik wel in de visienota, maar ik wil het toch benadrukken.”

“Dat waren de drie discussiepunten die ik wou vermelden, omdat we binnen het arbeidsrecht zien dat we daar voldoende aandacht voor moeten genereren. Ik hoop dat ik erin geslaagd ben om bij jullie bewustzijn daarrond te creëren.”