“Bijna de helft van de werknemers in openbare diensten heeft geen werkbaar werk.”
Ezra Dessers is onderzoeksleider Werk, Organisatie en Technologie aan het HIVA, het Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving van de KU Leuven. Voor hem draait het bij kwaliteit allemaal rond de 4 A’s: arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden, arbeidsverhoudingen en arbeidsinhoud.
“Vakbonden hebben traditioneel altijd sterk ingezet op de arbeidsvoorwaarden, het verbeteren van de arbeidsomstandigheden en de kwaliteit van de arbeidsverhoudingen. Dat was onderdeel van het sociaal pact dat in 1944 ontstond. De arbeidsinhoud en de organisatie van het werk viel onder de verantwoordelijkheid van de werkgever. Op het niveau van de individuele job bepalen deze 4 A’s samen het kwaliteitsvolle karakter van het werk.”
Er is toch wel iets veranderd sinds 1944?
“De arbeidsinhoud en de organisatie van het werk kwamen steeds meer in het vizier van de vakbonden. Zo kreeg arbeidsinhoud meer aandacht met het actieplan ‘Werkbaar werk’ van de Vlaamse regering en sociale partners uit 2017. Het verbaast mij dan ook niet dat werknemers uit de zorg, zoals die van het UZ Gent naar verbeteringen streven. Ik merk ook dat er binnen het sectoraal sociaal overleg steeds meer aandacht aan geschonken wordt.”
Wat kan men doen om jobs kwaliteitsvoller te maken?
“De 4 A’s kunnen bijdragen aan de eisen van de job, maar ze kunnen ook middelen verschaffen waarmee de werknemer de job kan uitoefenen. Het is belangrijk dat er voldoende taakeisen zijn zodat jobs niet saai en monotoon worden en dat je kunt leren van je job. De middelen waarover je beschikt moeten helpen om met je taakeisen om te gaan. Als je werk lichamelijk zwaar is, heb je bijvoorbeeld fysieke ondersteuning nodig.”
Hoe is het gesteld met de kwaliteit van het werk?
“In Vlaanderen wordt dat elke drie jaar via de werkbaarheidsmonitor gemeten. Iets meer dan de helft van de werknemers heeft werkbaar werk. Dat wil zeggen dat ze geen knelpunten signaleren op het vlak van psychische vermoeidheid, welbevinden in het werk, leermogelijkheden en de balans tussen werk en privéleven. Werkstress blijft het belangrijkste knelpunt. Er zijn natuurlijk wel verschillen tussen verschillende sectoren. Binnen elke sector zijn er ook nog eens grote verschillen tussen het type jobs. Bij de kortgeschoolde arbeiders heeft 35 procent een werkbare job, bij de uitvoerende bedienden stijgt dit tot 57 procent.”
Tegenover de kwaliteitsvolle jobs staan de ziekmakende.
“We zitten met een hoog aantal langdurig zieken en gezien de toenemende krapte op de arbeidsmarkt vormt dat een groeiend probleem. Daardoor is het belang van werkbare en kwaliteitsvolle jobs ook bij het management doorgedrongen. Als we willen dat werknemers langer aan de slag blijven, als we willen voorkomen dat ze voortijdig uitvallen door ziekte of burn-out, dan moet meer op de kwaliteit ingezet worden.”
Heeft het er ook niet mee te maken dat mensen zinvolle jobs willen?
“In de zorg zie je dat de bijdrage die men levert voor het welzijn of de gezondheid van de patiënt voor veel werknemers een doorslaggevende factor is. Medewerkers blijven zelfs bij zeer overbelaste jobs gemotiveerd en gedreven. Op zich is die motivatie goed, maar dat neemt niet weg dat een te hoge werkdruk, in combinatie met andere factoren, uiteindelijk toch kan leiden tot een burn-out of medewerkers die afhaken.”
Ondertussen neemt de kwaliteit van veel jobs af.
“Door platformarbeid en de toename van flexjobs, freelance werk en interimarbeid is er een soort deelmarkt ontstaan waarbij de kwetsbaarheid van tewerkstelling toeneemt. De bewaking van die tewerkstellingskwaliteit blijft heel belangrijk en mogen we niet over het hoofd zien.”
Hoe zie jij de toekomst?
“Ik doe vooral onderzoek naar de impact van digitalisering en nieuwe technologieën op kwaliteit van werk. Bij elke introductie van technologie zijn we bang dat het aantal jobs zal afnemen. Toch zit dat aantal al decennia in een lange stijgende lijn. Het is de vraag of dat zo blijft. De introductie van AI opent deuren om meer complexe en cognitieve taken te automatiseren. Er zullen jobs verdwijnen en veranderen, maar ongetwijfeld ontstaan er ook nieuwe jobs. Voorlopig is er geen reden voor pessimisme en gezien de krapte op de arbeidsmarkt moeten we de technologie gaan inzetten waar mogelijk. Natuurlijk met aandacht voor de kwaliteit van onze jobs en voor de ruimere impact van AI op onze samenleving.”