Sinds 1 januari 2025 is de kostprijs van een dienstencheque met één euro gestegen. Dankzij ACV Openbare Diensten gaat deze verhoging integraal naar het brutoloon van de dienstenchequemedewerkers bij publieke diensten. Het akkoord werkt ook door op het vakantiegeld en de eindejaarstoelage. Het moet nu nog geformaliseerd worden, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2025.
Ook bij onze steden en gemeenten zijn heel wat personeelsleden tewerkgesteld in de dienstenchequesector. De loonschalen in de lokale sector zijn sinds 1994, behalve indexeringen, ongewijzigd gebleven. ACV Openbare Diensten is dus zeer tevreden met dit resultaat. Het is een erkenning voor onze huishoudhulpen die dagelijks ten dienste staan van hulpbehoevende cliënten.
Nathalie Hiel, verantwoordelijke lokale en regionale besturen voor ACV Openbare Diensten: “Dit is wat we gevraagd hadden. Deze mensen zitten al bij de laagste lonen en dus was een brutoloonsverhoging belangrijk. Het akkoord heeft betrekking op zo’n 2.500 à 3.000 huishoudhulpen die via dienstencheques tewerkgesteld zijn in de thuiszorg. De gemeenten die destijds in dat systeem gestapt zijn, worden nu geconfronteerd met een extra kost, maar ze zijn bereid gevonden om die op zich te nemen. De loonsverhoging geldt ook voor uren die niet bij de klant gepresteerd worden en waar dus geen dienstencheque tegenover staat, zoals vorming.”
Sandra Wouters is militant voor ACV Openbare Diensten en werkt bij de dienst Huishoudhulpen bij het OCMW van Oud-Heverlee. De verhoging van het loon voor huishoudhulpen juicht ze zeker toe. Maar ze heeft ook een aantal bedenkingen.
“Er komt nu, dankzij de vakbond, 1 euro bruto per uur bij, dat is zeker welkom, maar er is ook een keerzijde aan het verhaal. Toen de dienstencheques verhoogd werden naar 10 euro, was dat voor de meeste mensen aanvaardbaar. Maar nu verdwijnt de belastingaftrek wat ervoor zorgt dat sommige mensen met een beperkt inkomen nu minder hulp vragen om het betaalbaar te houden. Dat betekent dat voor ons de werkdruk stijgt omdat het werk dat je bij de cliënten moet doen hetzelfde blijft.”
"De meeste OCMW’s hebben ervoor gekozen enkel de kwetsbaren in de maatschappij te helpen, maar de privébedrijven maken dat onderscheid niet. En om het systeem betaalbaar te houden voor de mensen die het echt nodig hebben zou die lijn best worden doorgetrokken en het zou ook al een groot stuk personeelstekort oplossen.
Nu blijven dienstencheques relatief goedkoop voor tweeverdieners die samen 7.000 euro verdienen. Dat is dan wel een heel goedkope hulp voor hen, daar klopt iets niet. De OCMW’s moeten er toch voor zorgen dat de kwetsbaren in de maatschappij geholpen worden.”
“Er is nu wel beslist dat de verhoging er met terugwerkende kracht komt, maar nog niet wanneer het personeel effectief het hoger loon en de achterstallen zal ontvangen.”