De Stelling: sociale verkiezingen 2024: voor het eerst genoeg vrouwelijke verkozenen?
Een opvallende vaststelling tussen alle resultaten van de sociale verkiezingen was het verschil in aantal vrouwelijke verkozenen bij ACV en de andere vakbonden. Voor het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) vaardigt ACV globaal 43 procent vrouwelijke verkozenen af. De socialistische en liberale vakbond scoren bijna 10 procent lager. Hoe komt dat? En hebben we nu genoeg vrouwelijke verkozenen?
Er zijn geen harde bewijzen dat de werking van ACV Gender het hoger aantal vrouwelijk verkozenen verklaart, maar Marte Billen van ACV Gender hoopt van wel. "Dit jaar hebben we apart materiaal gecreëerd rond vrouwen en sociale verkiezingen. Daarnaast hebben we een studiedag georganiseerd om secretarissen en militanten bewust te maken over de drempels die bestaan bij vrouwen om zich kandidaat te stellen. Maar wat vooral impact heeft, is onze sterke genderwerking het hele jaar door. Er zijn heel veel centrales met een eigen genderwerking. Elk jaar zetten ze acties en campagnes op over thema's die belangrijk zijn voor vrouwen en proberen ze hun situatie te verbeteren.
Vandaag hebben we nationaal 47 procent vrouwelijke leden, tegenover 37 procent vrouwelijke militanten. In de openbare diensten is het verschil nog groter: daar hebben we 56 procent vrouwelijke leden, en 35 procent vrouwelijke militanten. Er is dus nog altijd geen evenredige vertegenwoordiging.
De belangrijkste drempel bij vrouwelijke leden is de bezorgdheid dat ze een engagement als militant niet kunnen combineren met het gezin. Die bezorgdheid proberen we weg te nemen door onze militanten en secretarissen aan te moedigen om vrouwen van in het begin actief te betrekken bij vakbondswerk. Zo kunnen vrouwen beter inschatten hoe ze het kunnen combineren met hun andere verantwoordelijkheden. Dat gebeurt nu nog te weinig.
Dat betekent ook dat militanten meer vrouwen moeten aanspreken om zich te engageren. En daar zit ook nog verschil in, blijkt onder andere uit onderzoek van het HIVA. Vrouwen worden minder aangesproken om zich kandidaat te stellen dan mannen.”
Conclusie
Het aantal vrouwelijke verkozenen bij ACV is ook deze sociale verkiezingen gestegen. ACV doet het een pak beter dan andere vakbonden. Dat is positief, maar het kan nog beter want er is nog geen sprake van evenredige vertegenwoordiging. Dat komt omdat vrouwen denken dat de combi werk, gezin en vakbondswerk te zwaar zal zijn, en omdat vrouwen nog altijd minder aangesproken worden om militant te worden.
