Verover ons onderwijshart

Op 9 juni kiest ons land een nieuwe regering. Politieke partijen zullen de komende maanden alles op alles zetten om onze onderwijsharten te veroveren.
Hoog tijd dus, om van ons te laten horen. Hoog tijd dat we onze zorgen ook met politici delen. Want het water staat ons aan de lippen. Maatregelen zijn NU nodig. Wij willen een regering die niet bang is om knopen door te hakken. Verspreid daarom mee onze boodschap!
Samen met onderwijsvakbond COC, ACOD-onderwijs en VSOA-onderwijs formuleerden wij onze basisvoorwaarden voor een toekomstbestendige onderwijssector. Je leest hieronder meer over deze vijf punten.
Kwaliteitsvol onderwijs start bij een goed en sterk opgeleide leraar die zich tijdens de volledige loopbaan verder kan professionaliseren.
Leraren moeten leerstof kunnen onderwijzen waar ze inhoudelijk en vakdidactisch sterk in en vertrouwd mee zijn. Inhoudelijke kennis is een belangrijke basis voor een goede leraar.
Een loopbaan in onderwijs is een continuüm. Voor elke fase (start, midden en einde) moet het beleid kunnen inspelen op de wensen, ervaring, competenties, toekomstverwachtingen en gezinssituatie van de onderwijsprofessional.
De kernopdracht van onderwijs is vorming: (jonge) mensen doelgericht en zorgzaam in contact brengen met leerinhouden die hun toelaten om de wereld te begrijpen, zichzelf te vormen en op een zinvolle, verantwoordelijke en vernieuwende manier deel te nemen aan de samenleving.
Die kernopdracht voor de leraar staat zwaar onder druk. We moeten komaf maken met de buitensporige werkdruk en planlast, onder andere als gevolg van overdreven verantwoordingsdruk. We moeten op elk niveau een plan uitwerken om de werkdruk en de planlast te verminderen. Een prestatieregeling waarbij de contacturen niet zijn begrensd, zal de werkdruk doen toenemen.
Het is cruciaal dat onderwijspersoneel werkt als een stabiel schoolteam, verbonden aan een bepaalde school. Personeelsleden moeten onderling en met leidinggevenden kritisch ideeën en opvattingen kunnen uitwisselen, verdedigen en aftoetsen aan de praktijk. Kwaliteitsvol onderwijs vraagt een werkomgeving waarin leraren en docenten met hun leerlingen, studenten en cursisten bezig kunnen zijn en zich geen zorgen moeten maken over de eigen tewerkstelling of onderlinge concurrentie. De vaste benoeming is een pedagogische voorwaarde voor kwaliteitsvol onderwijs. Je kan de vormende opdracht van onderwijs niet uitvoeren als je daarvoor niet de nodige vrijheid krijgt.
We willen geen verregaande autonomie voor de schoolbesturen op vlak van personeelsinzet. Uit ervaringen in het hoger onderwijs weten we dat dit nadelig kan zijn voor de onderwijskwaliteit. Er is dan geen garantie meer dat er genoeg middelen gaan naar de kerntaak van onderwijs, namelijk lesgeven.
Bekwaam en gemotiveerd personeel aantrekken en behouden, vraagt een marktconform en doordacht loonbeleid. Wij verzetten ons tegen een flexibele, prestatiegerichte verloning van onderwijspersoneelsleden. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat dat niet werkt voor complex werk waar professionele autonomie en duurzame samenwerking van belang zijn.
Onderwijs kent een sterke gelijkheidscultuur. Dat is een cruciale voorwaarde om duurzame samenwerkingsverbanden mogelijk te maken. Daarom keuren wij een gedifferentieerde verloning op basis van school- of leerlingenkenmerken of op basis van zogenaamde verschillen in taakbelasting binnen eenzelfde opdracht af. Als personeelsleden in moeilijkere omstandigheden werken, dan hebben ze meer baat bij extra ondersteuning en aangepaste omkadering.
Inspraak, participatie en goed overleg verhogen de kwaliteit van de job en het geleverde werk.
De vakbondsafvaardiging op lokaal niveau moet voldoende vrijgesteld worden om de taken in het sociaal overleg naar behoren en professioneel te kunnen vervullen. De inspraak moet gegarandeerd zijn op elk niveau waar de beslissingen genomen worden.
De onderwijsvakbonden zijn de enige legitieme vertegenwoordigers van het onderwijspersoneel. Het zijn democratische organisaties die het als hun opdracht zien om de stem van het onderwijspersoneel te versterken en in hun standpunten en acties mee vorm te geven aan de kernopdracht van onderwijs en aan vernieuwingen in het onderwijs.