OCMW IN NOOD

De federale regering beperkt de werkloosheidsuitkering in de tijd. Cijfers tonen aan dat minstens 1 op 3 langdurig werklozen zal aankloppen bij het OCMW voor een leefloon. Het OCMW-personeel, dat al heel wat crisissen heeft moeten opvangen, krijgt met deze maatregel de volgende vloedgolf over zich heen. Hun kerntaak - mensen in moeilijkheden helpen - komt steeds meer op de achtergrond.
Niet alleen de maatschappelijk werkers bezwijken onder de werkdruk, ook voor het administratief personeel en de onthaalmedewerkers wordt de situatie onhoudbaar. Besturen krijgen hun vacatures intussen niet meer ingevuld en medewerkers stromen uit naar andere sectoren.
De voorbije maanden hebben wij actief gepeild bij personeelsleden van het OCMW naar hoe zij hun werksituatie ervaren. Meer dan 100 getuigenissen werden met ons gedeeld. De verhalen van de personeelsleden bieden een somber beeld op de huidige situatie binnen onze OCMW’s.
We zien gedreven maatschappelijk werkers die heel bewust en vol overtuiging bij het OCMW willen werken om wie het moeilijk heeft opnieuw op weg te helpen. Maar die kerntaak komt steeds meer onder druk te staan door administratieve overlast en chronisch personeelstekort.
Voorgestelde oplossingen 'too little too late'?
Na onze noodkreten van de afgelopen maanden zien we dat politici wel oor hebben naar de verzuchtingen en zoeken naar oplossingen. Maar de vraag is natuurlijk of die voorstellen tijdig zullen worden ingevoerd en of deze voldoende zullen zijn om het gewenste effect op te leveren. Wij vrezen dat dit allemaal 'too little too late' zal zijn.
Zo is ook de beloofde financiële compensatie voor lokale besturen nog steeds onduidelijk. En de besturen moeten vandaag al op zoek naar bijkomend personeel, niet volgend jaar pas. Bovendien is het nu al zeer duidelijk dat de middelen onvoldoende zullen zijn om de meerkost voor het OCMW op te vangen. Bijkomend zullen die middelen ook afhankelijk zijn van de resultaten die het OCMW boekt in de zoektocht naar duurzame tewerkstelling. Dus, waar de VDAB al jaren niet in slaagt, dat moet het OCMW nu wel kunnen?
Verruiming diplomavoorwaarden
Met een aanpassing van de wetgeving wil minister van Maatschappelijke Integratie Van Bossuyt nu ook de regio’s mogelijkheden geven om een verruiming van de diplomavoorwaarden voor maatschappelijk werkers uit te werken. Op deze manier zal het volgens de minister eenvoudiger zijn om goede maatschappelijk werkers aan te trekken. De vraag blijft, hoe zal dit in de praktijk toegepast kunnen worden? welke diploma’s komen dan in aanmerking? En hoe zal men er in slagen deze snel om te scholen zodat zij onmiddellijk inzetbaar zijn? Heeft men dan geen diploma als maatschappelijk werker meer nodig? Zal dit niet eerder het omgekeerde effect veroorzaken en nog minder instroom geven van goed opgeleide maatschappelijk werkers? Waarom zou je nog een zware studie aanvatten als je mits enige bijscholing toch kan beginnen?
Gefaseerde invoering is geen oplossing
Volgens sommigen is de gefaseerde invoering van de beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd de oplossing. Maar het personeel ziet hierin helemaal geen oplossing. Want werklozen die al langer dan twintig jaar een uitkering ontvangen, zullen de eerste zijn die gaan aankloppen bij het OCMW. Dat is net de doelgroep die de meest intensieve begeleiding nodig heeft. Net op hetzelfde moment dat er ook volop moet ingezet worden op de opleiding van nieuwe collega’s. Geen vermindering van de werkdruk dus voor het OCMW-personeel, wél de garantie dat de toegang tot begeleiding heel snel zal dichtslibben.
Enkele anonieme getuigenissen van OCMW-medewerkers
"Wij willen mensen helpen, kansen bieden, maar daar gaan we in de toekomst geen tijd meer voor hebben."
"Meer en meer mensen dreigen met het nieuwe regeerakkoord uit de boot te vallen. Ze zien hun kansen om menswaardig te kunnen meedraaien in de maatschappij verkleinen. Maar mensen kiezen er echt niet voor om (langdurig) ziek te worden. En ook langdurig werkloos zijn is geen bewuste keuze voor de meesten. Wij zien voortdurend mensen die hun best doen om geactiveerd te raken, maar waarvoor het altijd een verhaal van vallen en opstaan zal blijven.
Binnen het OCMW geloven wij nog steeds heel hard in het geven van kansen aan mensen, hen op weg te helpen, mogelijkheden zoeken, een traject op maat uit te stippelen ... Maar zoiets vraagt tijd, tijd die we nu al bijna niet hebben en waar we in de toekomst helemaal niet op zullen kunnen rekenen. Met de vele nieuwe dossiers die op ons gaan afkomen gaan we helemaal geen ruimte meer hebben om mensen goed te kunnen helpen.
Als maatschappelijk werkers hebben wij ook onze limieten. Ook wij vallen ziek. En wat dan? Vervanging vinden is echt niet evident als iedereen al overbevraagd is."
"Ik weet dat die koffie voor deze cliënt zoveel meer betekent."
"Budgetbeheer is een essentieel onderdeel van sociaal werk. Een cliënt van mij had het na het overlijden van zijn vrouw erg moeilijk. Hij bouwde verschillende schulden op en ontwikkelde een alcoholverslaving. Toen hij zich bij ons aanmeldde was hij dan ook volledig op. Hij had ondertussen ook nog gehoord dat hij aan prostaatkanker leed.
Maar wij maakten een strak budgetplan op en een tweewekelijkse afspraak met zijn maatschappelijk werker deden hem voor een stuk herleven. Vervolgens kreeg hij te maken met een nieuwe tegenslag: door een dropvoet kon hij niet langer naar het OCMW komen. Dus bezorgde hij ons wekelijks een handgeschreven briefje, dat doet hij vandaag nog steeds. Maar hij raakt steeds meer geïsoleerd. Iemand van Familiehulp komt twee keer per week een paar uurtjes langs, dat is vaak zijn enige sociaal contact.
Tegenwoordig belt hij mij iedere vrijdag eventjes. Dat gesprek eindigt hij vaak met "je moet dan maar eens passeren voor een koffie", snel gevolgd door "maar ik weet dat je het druk hebt en dat je andere cliënten je meer nodig hebben dan ik". Dat komt redelijk hard binnen, want ik weet dat die koffie voor hem zoveel meer betekent dan enkel de warme drank die het is."
"Mensen moeten soms maanden wachten op hun leefloon en raken gefrustreerd."
"Werken in een OCMW betekent mensen helpen die in moeilijkheden zitten. Dat is althans hoe ik mijn job ooit zag. Maar de realiteit vandaag is hard: steeds vaker word ik geconfronteerd met agressie. Mensen moeten door de hoge werkdruk soms maanden wachten op hun leefloon en raken gefrustreerd. Die frustratie slaat om in woede, en wij – als sociaal assistenten – staan in de vuurlinie.
Wekelijks moet de politie tussenkomen in onze wachtzaal. Beledigingen, bedreigingen, soms zelfs fysieke aanvallen – het is allemaal deel geworden van onze werkdag. Het respect voor ons beroep neemt af, net zoals we dat zien bij medische hulpverleners, brandweerlieden en de politie. We zijn niet langer de hulpverleners die mensen ondersteunen, maar de gezichten van een systeem dat tekortschiet.
Elke ochtend als ik op het werk aankom, vraag ik me af: wat zal er vandaag weer gebeuren? Welke woede zal er op mij afkomen? Hoe zal ik mijzelf en mijn collega's beschermen? De stress begint nog voor de werkdag start. Ik wil gewoon mijn job doen, maar onder deze omstandigheden wordt dat steeds moeilijker."
Onze aanbevelingen
1. Pak de werkdruk aan
- Taken en middelen horen samen
Wanneer taken worden doorgeschoven naar de OCMW’s moeten ook geïndexeerde middelen worden voorzien.
- Hou administratieve taken onder controle
OCMW’s krijgen te maken met veel administratieve verplichtingen en controles door hogere overheden. Er moet een oplossing komen zodat controle mogelijk blijft maar de administratieve last voor sociale diensten beperkt blijft.
2. Zet in op kwaliteit
- Monitor de arbeidsduur en stuur bij
Personeelsleden geven aan dat er een gebrek is aan ondersteuning, begrip en leiderschap, zowel vanuit leidinggevenden als vanuit het bestuur. Zorg dragen voor personeelsleden kan door te focussen op arbeidskwaliteit.
- Breng de kwaliteit van de dienstverlening in kaart en stuur bij waar nodig. Vertrek daarbij van de basis.
Door een betere dienstverlening na te streven, zullen kwaliteitsproblemen naar boven komen. Door die vervolgens aan te pakken, verbeter je de arbeidstevredenheid van het personeel.
3. Andere bepalende factoren
- Verlaag de werkdruk
Door in te zetten op voldoende personeel kan de werkdruk onder controle gehouden worden en wordt een negatieve spiraal vermeden.
- Zet in op betere organisatie en leiderschap
Volgende stappen
De voorbije maanden verzamelde ACV Openbare Diensten getuigenissen van OCMW-personeel over hoe zij hun werksituatie ervaren. Die kan je hierboven lezen. Op basis van de ervaringen op de werkvloer formuleerden we enkele aanbevelingen en verbeterpunten en die willen we voorstellen aan bevoegde ministers en politici.
Bezoek bij minister Crevits
Zo gingen we op 20 juni al langs bij Vlaams minister van Bestuurszaken Crevits. De minister nam de tijd om naar onze delegatie te luisteren en beloofde alvast om vanuit haar bevoegdheden mee te zoeken naar oplossingen en er bij haar collega-ministers op aan te dringen het probleem met hoogdringendheid samen te bekijken.
Op 16 juli gingen we ook langs bij minister van Maatschappelijke Integratie Van Bossuyt.