Geen dictatuur van het schoolbestuur

Het is cruciaal dat onderwijspersoneel werkt als een stabiel schoolteam, verbonden aan een bepaalde school. Personeelsleden moeten onderling en met leidinggevenden kritisch ideeën en opvattingen kunnen uitwisselen, verdedigen en aftoetsen aan de praktijk. Kwaliteitsvol onderwijs vraagt een werkomgeving waarin leraren en docenten met hun leerlingen, studenten en cursisten bezig kunnen zijn en zich geen zorgen hoeven maken over de eigen tewerkstelling of onderlinge concurrentie.
Elke school moet autonoom kunnen blijven functioneren met een gedragen schooleigen visie en er moet inspraak zijn op elk beslissingsniveau.
We willen geen verregaande autonomie voor de schoolbesturen op vlak van personeelsinzet. Uit ervaringen in het hoger onderwijs weten we dat dit nadelig kan zijn voor de onderwijskwaliteit. Er is dan geen garantie meer dat er genoeg middelen gaan naar de kerntaak van onderwijs, namelijk lesgeven.
De voorstellen daarover uit het rapport van de zogenaamde Commissie van Wijzen wezen we dan ook uitdrukkelijk af. De commissie pleitte ervoor om alle personeelsmiddelen toe te kennen aan het schoolbestuur en ze volledig te ontkleuren. Een bestuurlijke schaalvergroting samen met een uitbreiding van de macht van die (grote) schoolbesturen zou alle evenwichten volledig uit balans brengen.