Staken voor de toekomst

Staken voor de toekomst
Auteurs: Ann Vermorgen & Marie-Hélène Ska
Maart 2025
De algemene staking op 31 maart komt er niet zomaar. Ze is het resultaat van de woede en onvrede van werknemers op een regeerakkoord dat het evenwicht volledig mist. De maatregelen van de nieuwe regering leggen de lasten van besparingen bijna uitsluitend op de schouders van werknemers, en dat terwijl vermogens en ondernemingen nauwelijks hun steentje bijdragen. De vooropgestelde maatregelen ondermijnen niet alleen onze huidige arbeidsmarkt, maar ontwrichten ook de toekomst van onze samenleving, met name die van jongeren.
Het huidige akkoord maakt onze maatschappij niet sterker, eerlijker of duurzamer. Integendeel, de keuzes die zijn gemaakt leiden tot een samenleving die harder en individualistischer is. Werknemers, en met name jongeren, dragen de zwaarste lasten. Zij zullen de consequenties ervaren in hun persoonlijke situatie en in hun kansen op een stabiele toekomst.
Door te kiezen voor flexibilisering van arbeidstijd en statuten die de sociale zekerheid verzwakken, wordt het normaliseren van scharrelbanen in de hand gewerkt. Deze normalisering zal zijn effect hebben op werknemers vandaag, maar zal nog meer doorwegen in de toekomst. Het ondermijnt de loopbaanmogelijkheden van jongeren en de opbouw van hun rechten. Het is onacceptabel dat toekomstige generaties geconfronteerd worden met een arbeidsmarkt waarin zekerheid en kansen systematisch worden verklein
Tegelijk wordt de bescherming van werknemers verder afgebouwd. Want naast de flexibilisering bouwt de regering in haar beleid tegelijk een muur op voor de toegang tot en het behoud van sociale rechten. Denk aan de voorwaarden voor het behouden van werkloosheidsuitkeringen, de mogelijkheid voor een landingsbaan of mogelijkheden tot vervroegd pensioen. Deeltijders, en vooral vrouwen, zullen nu al de rekening betalen. Een groep die alleen zal groeien in een geflexibiliseerde arbeidsmarkt.
De keuze om de sterkste schouders slechts een fractie te laten bijdragen, terwijl de zwaksten de zwaarste lasten zullen dragen, druist in tegen elke opvatting van solidariteit. Daarom moet de inspanning voor de begroting eerlijker verdeeld worden, zodat vermogens en ondernemingen ook bijdragen aan de collectieve lasten.
Niets van dit alles is onvermijdelijk, zolang er de wil is om te kijken naar alternatieven. Alternatieven die toelaten de koopkracht duurzaam te versterken, zoals een eerlijke en vrije loonvorming. Die toelaten om werkbaar aan de slag te blijven, met meer tijd doorheen én op het einde van de loopbaan. Waar preventie en kansen op werken primeren boven het bestraffen van ziekte of (tijdelijke) werkloosheid met een pensioenmalus. Waar sterke publieke diensten als troef beschouwd worden en niet als kost.
Wij eisen dan ook dat er bijsturingen komen die de impact op werknemers structureel verminderen – niet louter als overgangsmaatregelen, maar als fundamentele aanpassing van het beleid. Wij eisen dat het sociaal overleg daarin ten volle erkend wordt, en onafhankelijk de beslissingen kan nemen die de sociale partners toekomen.
Deze staking is een duidelijke oproep: een oproep aan beleidsmakers om respect te tonen voor allé werknemers en hun toekomst – en in het bijzonder die van de jongeren – te beschermen.