Goed nieuws voor zwangere personeelsleden! Als je ziek wordt tijdens je zwangerschap, dan heb je vanaf nu nog steeds recht op je volledige bevallingsrust. Voordien werd ziekteverlof dat je vóór de bevalling opnam, afgetrokken van het verlof dat je na de bevalling kunt opnemen. 

De oude wet bepaalde dat het personeelslid dat was blijven werken tijdens de zes weken vóór de bevalling, vijf weken van het prenataal verlof na het einde van het postnataal verlof mocht opnemen. Als je als contractueel personeelslid in die periode afwezig was wegens ziekte (al dan niet als gevolg van de zwangerschap), werd die afwezigheid gelijkgesteld met het prenataal verlof. Het verlof na de bevalling werd in dat geval dus korter. Voor de statutaire personeelsleden maakte men het onderscheid tussen ziektes die te maken hadden met de zwangerschap en de ziektes die er niet mee te maken hadden. Alleen in het laatste geval werd de ziekte gelijkgesteld met dienstactiviteit en werd het prenataal verlof niet ingekort.

Voortaan bepaalt de wet dat de afwezigheden wegens ziekte, of ze nu verband houden met de zwangerschap of niet, het prenataal verlof niet zullen inkorten. Het kan dus worden overgedragen. De nieuwe regeling is ook op de statutaire personeelsleden van toepassing. 

In de praktijk wordt de wet van kracht op 1 maart 2020. Als de nieuwe regeling op jou van toepassing is en je er gebruik van wilt maken, moet je zo snel mogelijk contact opnemen met je werkgever en je verzekeringsinstelling. 

Opgelet: het bevallingsverlof moet in een aaneengesloten periode worden genomen. Niet alle opschortingen van het verlof geven recht op uitstel en de werkhervatting betekent het verlies van dat recht.