Beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd: vergissing van historisch formaat

Deze nacht keurde het parlement de programmawet met de beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd goed. Dit is een vergissing van historisch formaat die bovendien het voorgespiegelde doel compleet zal missen. Met deze stemming zet de regering een enorme stap achteruit in de sociale rechten. Dat is ook de conclusie van het recente advies van het Federaal Mensenrechteninstituut dat een aanzienlijke achteruitgang in de sociale rechten van werknemers ziet. Deze maatregel zal een grote negatieve impact hebben op het leven van tienduizenden mensen. Over welke kansen op werk men deze mensen wil bieden, blijft het ondertussen oorverdovend stil. Terwijl dit de kern van de zaak is. De pleitbezorgers rekenen zich rijk op kap van de langdurig werkzoekenden, maar missen de essentie van het debat: wat met het gebrek aan arbeidskansen? Wat met de waardigheid van mensen?
Simplistisch uitgangspunt
Het inperken van de rechten op een werkloosheidsuitkering zal in 2025 184.000 mensen treffen. Ook bijzonder kwetsbare mensen met een arbeidsbeperking en oudere werkzoekenden. Het simplistische uitgangspunt is dat als je werklozen hun uitkering afpakt, dat ze dan wel sneller werk zullen vinden. De verantwoordelijkheid wordt dus volledig bij de werkzoekende gelegd. Er wordt dus niet naar de werkgevers gekeken, die geen aangepast werk voorzien.
Meer mensen aan het werk zal niet lukken als je hen in de steek laat en hen niet langer begeleidt in hun zoektocht naar een job, geen langere opleiding meer laat volgen of hen geen kansen biedt. Tekenend in dit kader is de schamele invulling van het ‘ultiem job-aanbod’ zoals dat nu voorligt. Terwijl dit is waar het in de eerste plaats over moet gaan: welke kansen op werk bieden we aan deze mensen? De beperking van werkloosheidsuitkeringen in de tijd zal geen passende jobs tevoorschijn toveren of discriminatie doen verdwijnen. Dat is de echte uitdaging die regeringen, regionaal en federaal, samen zouden moeten opnemen. We moeten een systeem opbouwen waarin iedereen als volwaardige werknemer kan deelnemen aan de arbeidsmarkt.
En alsof dit niet volstaat sleutelt de regering in het kader van de fiscale hervorming ook aan de fiscale behandeling van uitkeringen. Dit bovenop de ingrepen die nu met deze wet al worden ingevoerd. Een schrapping van het belastingvoordeel voor werklozen zonder equivalente compensatie is geen activeringsbeleid, maar een rechtstreekse verarming tot onder het leefloon voor veel werklozen. Het treft bovendien evenzeer de tijdelijk werklozen die nog aan het werk zijn. Werknemers die de geraakt worden door een economische moeilijkheden of een herstructurering zijn de ene dag slachtoffers, de volgende dag zijn het paria’s. Dit is sociaal verwerpelijk en moreel onaanvaardbaar.
Enorme operationele problemen
De beslissing om de werkloosheidsuitkeringen te beperken in de tijd houdt niet alleen inhoudelijk geen enkele steek, het is ook duidelijk dat de uitvoerbaarheid van deze politieke fetisj voor enorme operationele problemen zal zorgen. Werkzoekenden en de arbeidsmarkt zullen een hoge prijs betalen. De gewijzigde timing met een fasering van de uitsluiting tussen 1 januari en 1 april blijft ook zeer kort, waardoor de vraag blijft of mensen zelfs tijdig hun rechten zullen kennen en de nodige ondersteuning zullen krijgen. Dit zijn tienduizenden extra sociaal onderzoeken te verwerken per maand van januari tot april. Mensen lopen zo het risico volledig tussen de mazen van het net vallen. OCMW’s gaan verzuipen in het extra werk. Ook al worden extra middelen voorzien, de werklast bij steden en gemeenten is nu al erg groot en de nodige profielen niet beschikbaar. Maar mensen moeten wel een inkomen hebben. We stellen nu al vast dat er enorme onzekerheid en angst leeft bij werkzoekenden.
Ook de index krijgt een klap
Tegelijk wordt met deze programmawet ook de vertraging van de indexering van alle uitkeringen, van pensioenen tot leefloon, en ambtenarenlonen doorgevoerd. De pensioenen, uitkeringen en lonen van ambtenaren zullen vanaf nu pas drie maanden na het overschrijden van de spilindex stijgen. Daardoor ziet een gemiddelde gepensioneerde met een netto-pensioen van 1.707 euro bijna 70 euro per indexering in rook opgaan. Ook mensen met een pensioen van amper 1.000 euro zullen telkens zo’n 40 euro inboeten. Terwijl het een paar maanden geleden nog klonk dat de index gered was, is die verklaring met de goedkeuring van de programmawet nu al formeel begraven. Terwijl tijdens de energiecrisis alle politiek partijen nog hun liefde aan de index verklaarden. Dat blijkt nu enkel lippendienst.
Werkgevers krijgen eerste cadeau
Terwijl werknemers inleveren krijgen werkgever een eerste cadeau via de invoering van een loonplafond voor sociale bijdragen. De allerhoogste lonen zullen nu een fikse korting krijgen die kan oplopen tot 10.000den euro’s per werknemer. Zonder dat hier enige verplichting tegenover staat. Een aderlating voor de sociale zekerheid en het ondergraven van de onderlinge solidariteit tussen werknemers.
Lees het persbericht van 18/07/2025: 'Beperking van de werkloosheidsuitkering in de tijd: vergissing van historisch formaat' (pdf).
David Vanbellinghen, ACV Pers- en informatiedienst
0477 37 88 17
David.Vanbellinghen@acv-csc.be
www.hetacv.be