De Vlaamse sociale partners en Vlaamse regering sluiten een werkgelegenheidsakkoord af

De heropleving van de economie na corona laat zich voelen op in de versnelde krapte de arbeidsmarkt. De krapte biedt gevaren en kansen. Het stijgend aantal vacatures geeft de mogelijkheid om te komen tot een arbeidsmarkt waar meer mensen aan de slag kunnen . Tegelijk kunnen te veel oningevulde vacatures leiden tot nog meer werkdruk voor wie aan het werk is, met mogelijks nog meer uitval en vervolgens nog meer werkdruk als gevolg.
Het Vlaams ACV neemt zijn verantwoordelijkheid om samen met de andere sociale partners in de SERV en de Vlaamse regering tot oplossingen te komen. We sloten daarom een werkgelegenheidsakkoord af tussen ACV, ACLVB, VOKA, Unizo, Boerenbond, Verso en de Vlaamse regering. Het akkoord rust op vier pijlers: mensen beter begeleiden naar werk, opleiding, werkbaar werk en economische migratie.
Ann Vermorgen, nationaal secretaris van het ACV, over het akkoord:
“Het is belangrijk dat mensen aan het werk gaan en dat ook kunnen blijven. Anders zal de krapte op de arbeidsmarkt zware gevolgen hebben, dat zien we bijvoorbeeld al heel sterk in de zorg of het onderwijs. Bovendien zorgt personeelsgebrek ook voor steeds meer werkdruk voor wie aan de slag is.
Er zit heel veel in het akkoord, maar de belangrijkste maatregel uit het akkoord vind ik de begeleiding die wordt voorzien voor nieuwe werknemers die voordien minstens 2 jaar niet gewerkt hebben. Die mensen kampen dan met heel veel vragen en twijfels waar werkgevers niet altijd raad mee weten. Zo kan wie na ziekte of langdurige werkloosheid terug aan de slag gaat rekenen op ondersteuning op de werkvloer. Dat kan gaan om ondersteuning op afstemmen van werkafspraken of van taal bijvoorbeeld.
Het is ook positief dat werd afgesproken dat de VDAB opnieuw meer zal inzetten op face-to-face contacten voor wie dat nodig heeft. Niet iedereen is even handig met de computer of heeft toegang tot internet. Dat mag geen drempel zijn voor begeleiding naar werk”.
Activering
In het luik activering werden afspraken gemaakt voor een betere, snellere en uniformere opvolging van werkzoekenden door de VDAB. En ook een meer striktere opvolging van discriminatie. De VDAB zal ook meer inzetten op face-to-face contacten voor wie dat nodig heeft.
Er komt ook meer begeleiding voor werknemers die pas aan de slag zijn. Begeleiding die niet alleen afhangt van de werkgever, maar ook door de werknemer kan worden aangevraagd. Het akkoord voorziet ook meer aandacht voor sociale economie. Om mensen met medische problemen te laten overstappen naar een andere functie wordt de retentiepremie uitgewerkt. Wie door de zwaarte van het werk en/of ziekte, zijn huidige functie niet kan invullen, kan met die premie aangemoedigd worden om actief te blijven in een andere gepaste functie bij de huidige of nieuwe werkgever.
Opleiding
In het luik rond opleiding verlengt het akkoord het gedeelde recht voor het Vlaams opleidingsverlof, waardoor meer werknemers opleiding kunnen volgen. Mensen die momenteel inactief zijn en een langdurige knelpuntopleiding overwegen, zullen daar nu ook een premie voor ontvangen. Zo worden ze gestimuleerd om die stap te zetten. Het akkoord verankert ook het concept van opleidingsloodsen: deze opleidingsloodsen kunnen een belangrijke rol opnemen bij het informeren, sensibiliseren en stimuleren richting leren van hun collega’s.
Werkbaar werk
In het akkoord is ook veel aandacht voor werkbaar werk: te veel werkenden kunnen hun job niet volhouden en gaan onderuit. De werkbaarheidscheques, waarmee bedrijven de werkbaarheid in kaart kunnen brengen en acties op poten kunnen zetten om de werkbaarheid te verbeteren, worden verlengd. Er zal ook werk gemaakt worden van betaalbare, behoeftendekkende en flexibele kinderopvang. De uitrol van meer kinderopvangplaatsen wordt nauwer opgevolgd en er komt ook meer aandacht voor oudere werkzoekenden, vooral voor de drempels die zij ervaren en een begeleiding die rekening houdt met hun loopbaan en tewerkstellingskansen.
Interregionale mobiliteit en economische migratie
Interregionale mobiliteit en economische migratie is een belangrijk thema dat voordien minder aandacht kreeg, maar waar nu een aantal ijkpunten voor zijn uitgezet. Het akkoord zet in op een welkomstbeleid met onder andere aandacht voor sociale rechten zodat nieuwkomers weten waar ze aan toe zijn. We voorzien in het akkoord meer capaciteit voor taallessen Nederlands. Illegale tewerkstelling moet strikter worden opgevolgd om uitbuiting te voorkomen.
Meer info op de site van de SERV.